Pagina's

Rubrieken

Archief

Diversen

Mont Ventoux

Door Jan: 02/08/09

Op 25 juli jl. voerde de 20ste etappe van de Tour de France van Montélimar naar de top van de Mont Ventoux. Ter gelegenheid daarvan had mijn dagblad een profielschets van de helling die de renners moesten beklimmen. De tekening begint op 290 m bij Bédoin en eindigt op de pashoogte met 1912 m. Een getal dat makkelijk is te onthouden, want de Titanic zonk in het jaar met hetzelfde getal. Mijn Michelin-kaart, alsook de Petit Larousse, noemen 1909 m. Ook dat getal kan ik makkelijk onthouden, want in 1909 werd mijn vader geboren, al geef ik toe dat de wereld er niet van opkeek.

Die schets nu geeft per kilometer de hellingsgraad in procenten en die zijn niet mis. Van de 21 km zijn er acht met 9 tot 10%. De achtste kilometer heeft zelfs 10,6% ! Het is dus in gewoon Nederlands een hele klim. Misschien mag de Mont Ventoux ook wel Mont Masochiste heten: velen willen hem op de fiets beklimmen. Afzien, lijden, uitputten.

Wie vraagt wat een Nederlander beweegt om in zomerse hitte naar de top te sappelen, hoort bekende kuddewoorden: uitdaging, eigen grenzen opzoeken, verkennen en liefst verleggen. Deep down is het natuurlijk een klim naar de Olympus.

Als ik de Mont Ventoux zou beklimmen had ik die profielschets op mijn stuur geplakt. Met zo’n kaartje meet je de vorderingen en kun je je krachten beter doseren. Ik heb een hekel aan klimmen en al helemaal als je niet weet waar je aan toe bent. Je wordt prooi van eigen illusies. Na die bocht zal er wel een afdaling komen en de knik van het wegdek naar een flauwere helling zie je van onderop graag aan voor het einde van je inspanning. Een vrachtwagen die om die bocht terugschakelt, vertelt je beter en als die na de knik heel langzaam uit het zicht verdwijnt idem. Je kunt je uithijgpauzes plannen, maar soms brengt alleen al de gedachte eraan je tot stilstand.

De profs en liefhebbers die ik door mijn tv-beeld heb zien trekken zijn wielrenners, geen fietsreizigers met tassen naast de wielen. Met mijn zwaardere fiets en bagage kan ik een helling van 9% niet aan. De tunnel naar Mageröy, het eiland waar de Noordkaap op ligt, staat in mijn geheugen gegrift. Je zeilt met een noodgang 3½ km naar beneden en dan komt de klim. Bij de nissen met noodtelefoons zie je telkens hoeveel je nog moet. De herrie van ventilatoren en verkeer is hels. Lang heb ik niet gefietst, het was zelfs moeilijk om gewoon op te stappen. Lopen dus, fiets schuin, want anders slaat je kuit tegen de achtertas. Zo klom ik met verlammende armen en verwijde pupillen naar het licht.

De steilste hellingen die ik, ook zonder bagage, moest lopen, waren in San Francisco. Vele borden met de raad je auto veilig te parkeren: set break, put in gear, curb wheels. Als iemands auto daar on the run gaat, krijg je een groot dominospel. Nog interessanter vond ik dat auto’s die afdaalden ineens uit het zicht verdwenen. Een mooi filmisch effect.

De Mont Ventoux trekt ook literair-religieus geïnteresseerden. De Italiaanse dichter Petrarca zou de berg blijkens een brief dd. 26 april 1336 met broer en mogelijk anderen beklommen hebben. Zou, want zekerheid hebben we niet. De vakantiebusiness noemt hem graag de eerste toerist, maar ook dat is twijfelachtig (zie internet). De betekenis van de beklimming moet meer naar het innerlijk verlegd worden, want hij nam een geschrift van Augustinus mee. De beschrijving van het landschap echter klopt feitelijk. Vestdijk schreef een roman over Ierland (Ierse Nachten, 1946) waar hij nooit was geweest, maar kenners roemen de beschrijvingen. Er bestaat een Italiaans compromis voor: Als het niet waar is, is het toch goed bedacht.  (Se non e vero, bene trovato).

Tags:

Nog geen commentaren »

Nog geen commentaren.

RSS feed voor commentaren op dit bericht. TrackBack URL

Geef commentaar

Je moet aangelogd zijn om commentaar te plaatsen.