Pagina's

Rubrieken

Archief

Diversen

Filosofie van de heuvel

Door Jan: 15/10/09

Ilja Leonard Pfeijffer & Gelya Bogatishcheva:

De filosofie van de heuvel. Op de fiets naar Rome. 208 blzz., 74 (zwart/wit), 24 (kleur) foto’s. De Arbeiderspers, Amsterdam, Antwerpen 2009. 18,95 euro, ISBN 978 90 295 6768 8 / NUR 301,508.

P1020876 (Large) 

Zou er behalve een antiheld ook zoiets bestaan als een antifietser? Bestaat er naast de sympathieke kluns die zich als een Charlie Chaplin door het leven slaat ook een klunzige fietser die tot zijn eigen verrassing zijn doel bereikt?

Die associatie kun je krijgen bij het lezen van Pfeijffers tocht met zijn vriendin Gelya naar Rome. Daarmee zijn we bij de charme van het dagboek dat zich uitstrekt over 43 dagen in de zomer van 2008. De voorbereiding voor de reis is minimaal. ‘We gaan gewoon een stukje fietsen’ lees je al op blz. 5. Pfeijffer heeft een tweedehands Batavus gekocht voor slechts 95 euro die de naam Oude Batavus krijgt. De mountainbike van Gelya is weliswaar moderner, maar Pfeijffer vindt alleen de kleur van belang: geel. Gelya is fysiek beter voorbereid; ze was balletdanseres in Siberië. Pfeijffer niet. Op de omslag leunt hij tegen zijn fiets, terwijl zijn rugzak de symmetrie met zijn buik in stand houdt. Hij is niet van plan met roken te stoppen en evenmin met alcoholische geneugten.

 

Prosta tak

Misschien vindt een kilometervreter het stel lichtzinnig. Dat zijn ze niet. Ze hebben een levenshouding, een filosofie. Gelya’s adagium is ‘prosta tak’: alles wat waardevol en belangrijk is, gebeurt gewoon zo’ (5). Op andere plaatsen werkt Pfeijffer die gedachte wat verder uit en plaatst het in een breder verband. ‘Wat gebeurt volgens plan, gebeurt als een saaie herhaling van het plan dat je eerder in je hoofd hebt afgespeeld en wat niet gebeurt volgens plan, gebeurt als een hinderlijk obstakel voor het verwezenlijken van dat plan. Zo is het nooit goed’ (84). De moderne mens zit gevangen in een wereld waarin planning, timing en doelmatigheid de klok slaan. Sterker nog. De mens die zich zo snel en gemakkelijk over de wereld kan verplaatsen ‘heeft het oeroude verbond van plaats en tijd verbroken. Zijn besef van afstand is rudimentair geworden’ (44). De ware fietsreiziger krijgt dat besef terug. Hij bemeet de afstanden met zijn benen. Hij krijgt ze concreet in zijn benen en dat krijg je niet als je een caravan achter je kont aansleurt. Toch is Pfeijffer niet uit op romantiek, zoals de dichter Adriaan Roland Holst die achter de mens nog het Paradijs meent te horen ruisen. Hij (Pfeijffer) streeft naar (Oosterse) harmonie met de weg en de wereld. Zo krijg je de zin ‘Naar Rome fietsen is een makkie als je niet naar Rome fietst’ (84). De kilometervreter zal hier wel zijn schouders ophalen.

 

Geen heuvel, geen vriendin

Over allerlei zaken ontwikkelt de schrijver fietsenderweg filosofieën en filosofietjes. Over de weg, over afstand, over rampen en ook over de heuvel. Over de laatste lees je verschillende. De nuchterste is wel dat als een weg je over een beboste heuvel voert, die heuvel er niet had hoeven te zijn: je beklimming wordt niet beloond met een mooi uitzicht (72, 132). Er is ook een metaforische heuvel die hij moet overwinnen, nl. willoos leren zijn, want (alweer!) alles gebeurt toch gewoon. Het is zinloos de wil van Gelya te bestrijden. ‘Ik zal niets meer willen dan wat zij wil’. Dat zij wint en haar zin krijgt is ook prosta tak: ‘Echt altijd. Het is zo makkelijk’ (153). Pfeijffer mag haar niet zijn vriendin noemen. ‘Ze zou zich onmiddellijk gaan vervelen’ (152). Kortom, Pfeijffer maakt de lezer nieuwsgierig naar hun verstandhouding en behoedt hem voor wat zo vele stellen die ook een stukje fietsten, op het internet zetten: oeverloze en eczeem verwekkende conversatie alsof de wereld op hun woorden zit te wachten. (‘Dat was nog eens een aardige ober! Ja, dat vind ik nou ook!).  

Voor wie op de fiets stapt met de filosofie van niet lullen, maar trappen, is er ook genoeg. Elke dag begint met de vermelding van route, afstand, tijd en weer. Je kunt hun tocht nafietsen, want er staan genoeg gegevens voor in. Fietspaden, wegdek, hellingsgraad, overnachtingen, enz.

Zoals gezegd, de charme van het boek zit in al die gedachten over fietsen en die zijn vervat in wisselende stijlen die ver uitstijgen boven de vakantielullificaties met de psychologie van ”tussen je oren’. Van het praktische ‘bij Marseille linksaf’ tot het poëtische ‘Cypressen priemden eenzaam door de grillige horizon’. Of, om met een nóg oudere Batavus te spreken,  dit is een boek dat ge lezen moet als ge fietser zijt, of als ge wat anders zijt!

 

Tags:

Nog geen commentaren »

Nog geen commentaren.

RSS feed voor commentaren op dit bericht. TrackBack URL

Geef commentaar

Je moet aangelogd zijn om commentaar te plaatsen.